over nachtelijke ellende en vooruitgang
16168
post-template-default,single,single-post,postid-16168,single-format-standard,bridge-core-3.2.0,qode-page-transition-enabled,ajax_fade,page_not_loaded,,qode-content-sidebar-responsive,transparent_content,qode-theme-ver-30.6.1,qode-theme-bridge,disabled_footer_bottom,qode_header_in_grid,wpb-js-composer js-comp-ver-7.7.2,vc_responsive

over nachtelijke ellende en vooruitgang

over nachtelijke ellende en vooruitgang

Zomer en warmte, van mij hoeft dat allemaal niet zo. Het verzet ertegen staakte ik jaren geleden min of meer. Nu kijk ik veel en vaak naar de veertiendaagse voorspelling wanneer het weer leuk wordt buiten. Vrijdag verdwijnt het mooie weer, schreef het weerbericht. Hoe kan 28 graden of meer mooi weer zijn? Mooi weer is 16 graden, lichte mist en de geur van herfstblad.
Vannacht of vrijdagochtend zo u wil, gingen zo rond 5 uur de hysterische mussen weer aan. Een dagelijks ritueel. Ik ben gestopt met ‘stil nou’ roepen naar ze. Met een slaaphoofd daalde ik af om de ramen open te zetten. Tegen de tijd dat het huis afgekoeld zou zijn, zou ik weer wakker worden en koffie maken. Zo was het plan.
Ik trok de luxaflex omhoog en kaboemknalpats … de luxaflex zeilde naar beneden. Het was een goedkoop ding, ooit gekocht voor het vorige atelier en nooit opgehangen. Hij bleek wonderwel in het nieuwe atelier te passen. Het atelier wat bedoeld is als slaapkamer en inmiddels huiskamer annex logeerkamer is. Want de huiskamer is atelier en galerie geworden. Een standaard seniorenhuis is best flexibel als je niet van vaste indelingen houdt.
Inmiddels weet ik dat heel Nederland vol staat met exact dezelfde seniorenwoningen. Alles gelijkvloers en voor hen die nog wel een trap op kunnen, is er een zolder met slaapkamer en bergruimte. Best ruime huizen waar heel vaak maar één persoon woont en waar geen kinderen mogen wonen. Soms denk ik wel eens dat als we onze wooneisen wat bijstellen, er heel veel gezinnen onderdak zouden kunnen vinden in die seniorenwoningen. Zeker als er voor de senioren wat meer tiny houses komen met iets kleinere tuinen. Maar dit terzijde.
Ik stond vertwijfeld met de luxaflex in mijn handen. Was het nog te fixen? Er was teveel afgebroken leek het. Het slaaphoofd was inmiddels een wakker hoofd, dus terug in bed zocht ik naar nieuwe raambekleding. Misschien maar meteen iets verduisterends, want de huiskamer annex logeerkamer is ook de uitwijkslaapkamer bij extreme hitte of extreme kou. De luxaflex verhinderde dan wel in- en uitkijk, maar had geen moeite met doorlaten van licht. Half tien ging de winkel open en stond ik voor de deur. Eigenlijk wilde ik ook wel iets gezelliger gordijnen ophangen. Die zaten nog ergens in een koffer. Maar hoe? Die standaard seniorenwoningen zijn van beton en beton is een zeer onvriendelijk spulletje voor ophangdingen. De moed zonk me in de schoenen. Moest ik dan toch echt met de klopboor aan de gang? Er scheen plots een lichtje in het wakkere hoofd. Zo’n douchestang die je tussen de muren kunt klemmen. Dat werkt vast ook. Et voilà, zo geschiedde. Het rolgordijn hangt. Deels vast geplakt met duct tape, want het lukte natuurlijk weer niet zo goed, maar dat zie je alleen als het naar beneden valt. En de gordijnen hangen (nog) aan de douchestang. Er is weer privacy en het ziet er beter uit dan hoe het was vóór vannacht 5 uur. Morgen wordt het weer bloedheet. Misschien ga ik wel uit logeren in mijn eigen huis.